Groentetuin:
- Opstellen teeltplan: Dit is niet meer of minder dan het scenario van je moestuin voor volgend jaar. Je verdeelt de moestuin in diverse percelen en elk perceel is bestemd voor een bepaalde groep gewassen. Je vermeldt daarop welk gewas je waar en wanneer gaat zaaien of uitplanten. Maak een lijstje van de hoofdteelten en eventuele nateelten die mogelijk zijn. Bekijk eventueel het teeltplan van vorig jaar en verschuif de gewasgroepen. Zet geen twee jaar na elkaar hetzelfde gewas op hetzelfde perceel. Vruchtwisseling is het geheime wapen om ziektes te voorkomen en jezelf te verzekeren van kwalitatieve, gezonde groenten.
- Maak een bestellijst van zaai- en plantgoed dat je nodig zal hebben. Vooral de keuze van de juiste soorten is hierbij belangrijk (vroeg of laat…) Als je dit weet kan je eventueel zaden bestellen en ook de bodem voorbereiden door al of niet meststoffen in te werken of kalk te strooien.
- Tuinmateriaal nakijken, reinigen en opbergen. Bestrijdingsmiddelen op een vorstvrije plek zetten. Steunstokken opruimen. Zaaibakjes schoonmaken.
- Tuinslangen laten leeglopen en opbergen. Regentonnen controleren en zorgen dat ze niet kapot vriezen.
- Ruim de moestuin op, verwijder onkruid en bedek de lege percelen met compost of een mulchlaag (bladeren).
Siertuin:
GAZON
- Verwijder regelmatig afgevallen bladeren.
- In periodes met vorst niet of zo weinig mogelijk op een besneeuwd of bevroren gazon lopen.
- Laat de grasmaaier nakijken.
SNOEI
- Druivelaar snoeien.
- Bessenstruiken zoals braam en framboos tot bij de grond terugsnoeien.
- Blauwe regen bijknippen
- Notenbomen, berken en esdoorns kunnen nu best gesnoeid worden omdat de sapstromen bij deze bomen snel op gang komen.
ONDERHOUD
- Blijf onkruid wieden.
- Ruim de serre of kas op en maak ze proper als dat nog niet gebeurd is.
- Voorzie water en voedsel voor de vogels.
- De nestkastjes schoon maken.